Sinds januari 2002 schrijft Ton Elias maandelijks een column in het vakblad De Journalist.
De mediatraining (25 januari 2002)

Het zou me wat waard zijn eens een schrijvend journalist uit te nodigen bij een mediatraining. Niet alleen omdat er geen beroepsgroep zo spastisch met de pers omgaat als hoofdredacteuren en eindredacteuren wier krant zelf in het nieuws is en die door een verslaggever van een concurrent die z'n werk tracht te doen gebeld worden. Nee, vooral omdat ik zou willen laten zien wat er nou gebeurt tijdens zo'n bijeenkomst. Het zal er wel niet van komen, omdat m'n klanten dat niet willen. In het begin worden die namelijk nogal afgedroogd. Ik geef ze niet zo vaak, maar de hoofdboodschap van zo'n training, geloof het of niet, is namelijk: spreek je moers taal. Zeg duidelijk wat u bedoelt en laat de Engelse apekool van de directievleugel thuis. Maak liever morgen flink ruzie met uw eigen meneer Vermeulen die een stomme fout heeft gemaakt die door u voor het oog van de natie via de TV aan de openbaarheid wordt prijsgegeven, dan dat u diens fout zo onhandig tracht te verbloemen dat u uiteindelijk door de interviewer door de heg getrokken wordt. Dat heet draaien, kost geloofwaardigheid, kost klanten, vermindert de aantrekkelijkheid van uw bedrijf op de arbeidsmarkt.

De grap is dat hoe normaler die getrainden doen, hoe beter en duidelijker hun boodschap wordt. Dat is ook in het belang van het publiek en dus van de journalist.

Vooral schrijvend journalisten geloven daar geen bal van. Tijdens een mediatraining worden leidinggevenden gekneed in handigheidjes om interviewers te slim af te zijn. De democratische en ontmaskerende functie van de journalistiek komt daardoor in gevaar. Ik geef toe: er lopen nogal wat actieve radio- en TV-journalisten te beunhazen met die trainingen. 'Als u nou zegt: 'ten eerste vind ik A, ten tweede vind ik B en ten derde vind ik C' -, zo leggen die dan bereidwillig tegen betaling uit, -dan kan de interviewer het 'ten tweede vind ik' er niet meer uitknippen'. Klinkklare onzin: daarom zitten er zoveel tussenshots in een reportage. Maar het brave bedrijfsmiddenkader dat zich tegen Pieter Storms denkt te wapenen, zuigt de pasverworven kennis gretig op.

Maar serieus je boodschap testen? Allerlei mensen die je vroeger niet zag (de hoogste baas van Shell bijvoorbeeld laatst in Buitenhof ; nee, niet door mij etc.) zien we nu wel. Bij voorkeur live, wat mij betreft: je bent meer baas over je eigen boodschap. Jarenlang heeft de journalistiek geklaagd, terecht, dat het bedrijfsleven niet thuis gaf als de journalistiek iets wilde. Dat dat nu langzaam verandert, mede omdat de heren een keertje ergens hebben drooggezwommen waardoor ze de eisen van het medium onderkennen en minder geneigd zijn tot zwatelen, lijkt me niet iets om zonder kennis van zaken tegen te blijven fulmineren.

Ton Elias